Onderzoek naar rekenkundige ondergrens stikstofdepositie: dit is de uitkomst

Sector: Agrarisch

Eind augustus hebben TNO en de Universiteit van Amsterdam hun onderzoek afgerond naar een rekenkundige ondergrens voor stikstofdepositie in de AERIUS Calculator. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) gaf opdracht voor dit onderzoek om de nauwkeurigheid van de berekeningen in de calculator te verbeteren. Wat zijn de uitkomsten? En is er een ondergrens bepaald? Stefan ten Pierik zocht het voor je uit.

 

 

Wat is de rekenkundige ondergrens?

De AERIUS Calculator berekent momenteel de stikstofneerslag tot op 0,005 mol per hectare per jaar (ongeveer 0,07 gram stikstof per hectare). Zorgt een project voor meer stikstofneerslag op een Natura 2000-gebied? Dan moeten ondernemers een natuurvergunning voor het project aanvragen en de stikstofneerslag compenseren. Dit kan door het aankopen van stikstof of door het toepassen van stikstofruimte die al op het bedrijf aanwezig is.

De rekengrens van 0,005 mol is echter een technische grens, geen wetenschappelijk bepaalde ondergrens. Toen het rekenmodel AERIUS in 2015 werd ontwikkeld, werd op 2 decimalen afgerond om te voorkomen dat het programma vastliep. Stikstofneerslag onder 0,005 mol wordt afgerond naar 0,00 en dus niet meegerekend.

Problemen met nauwkeurigheid

Verschillende partijen, zoals de commissie Hordijk, hebben aangegeven dat deze grenswaarde voor schijnzekerheid zorgt, omdat het model niet zo precies kan rekenen. Er is meer experimenteel onderzoek nodig om een wetenschappelijk onderbouwde ondergrens vast te stellen, tot waar het model nog wel nauwkeurig kan rekenen. TNO concludeert dat zo'n ondergrens voorlopig niet bepaald kan worden door het gebrek aan experimenteel onderzoek en data.

Aanbevelingen van TNO

TNO heeft een aantal aanbevelingen gedaan om het AERIUS-model te verbeteren, zoals:

  • Meer onderzoek naar het proces van stikstofneerslag
  • Het vergroten van de resolutie van 1 hectare naar een grotere eenheid
  • Onderzoek naar de betrouwbaarheid van het model voor tijdelijke projecten, zoals bouwprojecten. AERIUS rekent met langjarige weerdata, maar jaarlijkse verschillen qua weer zorgen voor grote fluctuaties in neerslag.
  • De mogelijkheid om projecten gezamenlijk te beoordelen in plaats van individueel

Hoewel er nog geen ondergrens is bepaald, wijst het TNO-onderzoek erop dat een zekere ondergrens wel aannemelijk is.

Wat nu?

Het TNO-onderzoek biedt dus nog geen concrete aanknopingspunten voor een rekenkundige ondergrens. Toch zijn de aangedragen oplossingsrichtingen positieve signalen waarmee ook het nieuwe kabinet aan de slag wil. Hoe dit in de toekomst vormgegeven wordt, moeten we dus nog even afwachten.

Vragen?

Heb je vragen over dit artikel? Stefan ten Pierik van de Omgevingsadviseurs kan helpen.

Scroll naar boven