Neem contact op met Kristel Weren
Jurist | Senior Adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu
De rechtbank Noord-Nederland heeft besloten: de natuurvergunning voor een nieuwe emissiearme koeienstal in Ee wordt vernietigd. De rechter vraagt zich namelijk af of emissiearme stallen ook daadwerkelijk minder ammoniak uitstoten. Maar wat betekent dit voor agrarische ondernemers? Maakt de uitspraak het onmogelijk om een natuurvergunning te krijgen voor een nieuwe stal?
De regeling Ammoniak en Veehouderij (RAV) gaat ervan uit dat stallen met roostervloeren, luchtwassers, mestschuiven en mestrobots schoner zijn. Hiervoor heeft de overheid de ammoniakuitstoot in meerdere emissiearme stallen getest. Toch zegt de voorzieningenrechter nu dat de provincie niet zomaar van de emissiefactoren van de regeling Ammoniak en Veehouderij uit mag gaan in het kader van de Wet Natuurbescherming. De rechter besluit daarmee de natuurvergunning te vernietigen.
De uitspraak gaat over een natuurvergunning voor een melkveehouderij, in dit geval een ligboxenstal met roostervloer. Voor de roostervloer is in de RAV een ammoniakemissiefactor van 6,0 kg per dierplaats per jaar opgenomen. Voor een traditionele stal is in de RAV een ammoniakemissiefactor van 13,0 kg per dierplaats per jaar opgenomen.
In deze zaak is het standpunt ingenomen dat het onzeker is of de roostervloer daadwerkelijk maar 6,0 kg NH3 per dierplaats per jaar emitteert. Daarvoor is verwezen naar de volgende rapporten:
Volgens de rechter blijkt uit deze rapporten dat er twijfel bestaat over het daadwerkelijke rendement en daarmee de emissiereductie van emissiearme stalsystemen. Ondanks dat dit pas de eerste indicatie is, bestaat er dus twijfel over de RAV-emissiefactoren. Deze twijfel mag er niet zijn bij het verlenen van een natuurvergunning, vindt de rechter.
De vraag is nu: staan de ammoniakcijfers hierdoor helemaal ter discussie?
De voorzieningenrechter stelde overigens niet alleen de ammoniakcijfers ter discussie. Ook nam hij de kwesties beweiden, mestopslag en transportbewegingen mee in zijn uitspraak.
Als het gaat om beweiden, mist de rechter een onderbouwing in het besluit waaruit duidelijk wordt in welke mate er zal worden beweid, tot welke reductie die beweiding dan in de stal leidt en het effect van de afwezigheid van het vee in de stal. Daarbij ontbreekt een onderbouwing van de emissies die het vee in de wei veroorzaakt.
Vraag je als ondernemer geen bemesting aan? Dan impliceert dit dat je de mest binnen je onderneming opslaat en vervolgens volledig afvoert naar de mestbewerker, vindt de rechter. Bovendien moet de emissie van de mestopslag en van de extra vervoerbewegingen worden meegenomen bij de beoordeling van de stikstofemissie. De rechter stelt dat dit niet is gebeurd.
De uitspraak over de natuurvergunning voor de koeienstal in Ee is gedaan door een voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland. Deze rechter beslist normaal gesproken over een verzoek om een voorlopige voorziening. Hij kan dan besluiten om de natuurvergunning te schorsen. Daarna beslist de rechtbank in de bodemprocedure. De natuurvergunning kan dan vernietigd worden of het beroepschrift ongegrond worden verklaard.
In dit dossier ging het anders. De voorzieningenrechter besliste op beide dossiers tegelijk, zowel over het verzoek om voorlopige voorziening als de bodemprocedure. Deze rechter deed dus onmiddellijk uitspraak in de hoofdzaak. Dit mag de voorzieningenrechter doen op grond van artikel 8.86 van de Algemene wet bestuursrechter als een nader onderzoek in de bodemprocedure niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak.
Ten aanzien van een uitspraak van de rechtbank in het kader van de natuurvergunning staat hoger beroep open bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De provincie gaat met de zaak van de stal in Ee in hoger beroep bij de Raad van State.
Vooralsnog beraden de provincies zich over hoe ze om moeten gaan met deze uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De vraag is welke gevolgen dit heeft voor het verlenen van natuurvergunningen. Dit zal in interprovinciaal overleg gebeuren omdat deze uitspraak iedere provincie treft als het gaat om de behandeling van de aanvragen voor natuurvergunningen.
Wil je intussen meer weten over de consequenties van de uitspraak? Of wil je weten of je nog wel een natuurvergunning kunt krijgen? Neem dan contact op met Kristel Weren. Zij helpt je graag verder.
Jurist | Senior Adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu